Reportages
Op 7 oktober 2017 was het vijf jaar geleden dat Ivo Michiels overleed. Lars Bernaerts en Sigrid Bouset vroegen aan acht auteurs en aan zijn echtgenote om hun geliefde auteur sprekend in leven te houden.
Op zondag 8 oktober om 11 u. werd dit huldenummer van DW B ...
België
Miguel Declercq ontving voor zijn debuut Person@ges (1997) de Hugues C. Pernathprijs. Twee jaar later publiceerde hij de roman Wat Chloë overkwam. In 2001 verscheen zijn tweede bundel Zomerzot/Somersault.
Robert Marchand is een onbekend amateurschilder uit het Brusselse. Hij werd begin jaren 1950 geboren in Belgisch Kongo als zoon van een Vlaamse leraar Frans. Werkte zijn hele leven als bediende in het chemische bedrijf Marly-Carcoke, tot het gesloten werd. Begon pas op zijn dertigste met schilderen. Zijn thema’s waren beperkt: Belgisch Kongo en de Brusselse kanaalzone. Zijn oeuvre bestaat uit een honderdtal schilderijen die soms nog te vinden zijn op de Brusselse rommelmarkten. Over hem schreef Koen Peeters in Bezoek onze kelders (1991), in het hoofdstuk ‘Een ongevaarlijk leven in de hoofdstad’.
Sven Augustijnen leeft en werkt in Brussel. Na een aantal videofilms (onder andere L’École des Pickpockets, Le Guide du Parc, Une Femme Entreprenante) realiseerde hij recentelijk een aantal publicaties en gedrukte werken (onder meer Panorama – Le Parlement européen, un Caprice des Dieux?, Cher Pourquoi Pas?, L’Histoire Belge).
- Spectres (2012)
Monika van Paemel is schrijfster. Meest recent publiceerde zij de romans Celestien (2004) en De koningin van Sheba (2008), het pamflet Te zot of te bot (2006). Voor De vermaledijde vaders (1985) ontving Van Paemel in 1988 de Staatsprijs voor Proza.
Sabine Hillen is verbonden aan de vakgroep Theater, Film en Literatuurwetenschap van de Universiteit Antwerpen. Haar werk over moderne Franse fictie verscheen bij Lettres modernes Minard: Le roman monologue (2002) en Ecarts de la modernité: le roman français de Sartre à Houellebecq (2007). Haar interesse gaat voornamelijk uit naar de sociologie van Goffman, Sennet en Lahire. Ze is momenteel verbonden aan de Jan van Eyckacademie in Maastricht waar ze met de hulp van Tomorrow Book Studio een kort scenario afwerkt met de titel: The Last Book.
- Theseus in Columbine (2008)
Stephan Dierickx studeerde wijsbegeerte en werkt als cultuurbeleidscoördinator bij een Brusselse gemeente. De tekst h i n k s t a p s p r i n g e n is een fragment uit zijn gelijknamige, ongepubliceerde debuut.
Geert Buelens is dichter, essayist, columnist en hoogleraar Moderne Nederlandse Letterkunde aan de Universiteit Utrecht. Zijn essaybundel Oneigenlijk gebruik. Over de betekenis van poëzie verscheen in januari 2008 bij Vantilt. Tegelijkertijd kwam ook de derde druk uit van zijn meermaals bekroonde Van Ostaijen tot heden (met actualiserend nawoord). Zijn monografie over de Europese Eerste Wereldoorlog-poëzie, Europa Europa!, verscheen eind 2008 bij Ambo. Maakt ook deel uit van de Antwerpse onderzoeksgroep Literatuur, Vlaamse Beweging en maatschappij.
Jan A.M. De Meyer studeerde sinologie in Gent en Sjanghai. Tot voor kort werkte hij als docent aan het Sinologisch Instituut te Leiden. Hij trok zich terug in de Vlaamse Ardennen om zich helemaal aan de literatuur en het literaire vertalen te kunnen wijden. Momenteel werkt hij aan de Nederlandse vertaling van de taoïstische klassieker Liezi, en een boek over de kluizenaar in de Chinese literatuur.
- Mao Zedong als dichter (2008)
Erwin Jans (1963) werkt sinds 2006 als dramaturg bij Toneelhuis (Antwerpen). Hij doceert over theater en drama aan de acteeropleiding van de Artesis Hogeschool Antwerpen en aan het KASK te Gent. Hij publiceert uitgebreid over theater, literatuur en cultuur. In 2006 verscheen zijn essay Interculturele Intoxicaties. Over kunst, cultuur en verschil. Samen met Dirk van Bastelaere en Patrick Peeters maakte hij de poëziebloemlezing Hotel New Flandres. Zestig jaar Vlaamse poëzie 1945-2005 (2008). Samen met Eric Clemens schreef hij het essay Democratie onder vragen (2010), dat ook in het Frans verscheen. Samen met Eric Corijn, Ivo Janssens en Nico Carpentier schreef hij Kunst in deze wereld (2011).
- A la recherche (2016)
- Oog om oog. Rabih Mroués politiek van de opschorting (2013)
- Het appel van Apollo (2011)
- Sie verlassen den amerikanischen Sektor (2010)
- Hirohito: de pijnboom en de sneeuw (2008)
- Een gebroken gemeenschap (2006)
Luuk Gruwez was tot 1995 werkzaam in het kunstonderwijs. In 1973 debuteerde hij met de poëziebundel Stofzuigergedichten. Daarna volgden onder meer Dikke mensen (1990) en Vuile manieren (1994). In 1996 verscheen Bandeloze gedichten, een ruime bloemlezing van herziene gedichten uit de periode voor Vuile manieren. Pas sinds 1992 publiceert hij ook min of meer autobiografisch proza: Het land van de wangen (Privé-domein, De Arbeiderspers, 1998), Slechte gedachten (1999, columns). Dieven en geliefden (poëzie) zag in 2000 het licht. En in 2002 verscheen De maand van Marie. Recent publiceerde Gruwez Een stenen moeder (2004, proza) en Allemansgek (2004, poëzie). In 2007 verscheen dan Psilo (prozagedichten), in 2008 verscheen zijn laatste dichtbundel Lagerwal.
- Gedichten (2008)