Op deze pagina's is het archief van DW B terug te vinden. Voor de actuele website ga naar: http://www.dwb.be

Het mysterie van de ouderdom

Auteur: Lucas H??sgen


Daar stond hij ??? robuust als altijd, maar in het gezicht, grover dan ooit opgemerkt, waren de ogen van maniakale kalmte vervuld. Ik durfde geen stap meer dichterbij te zetten, waagde zelfs een sluipende beweging terug in het donker, maar zijn handen bewogen bezwerend, de blik dwong mij dichterbij. Zo stond ik pal voor hem, mijn handen werden haast achteloos vastgepakt en gestreeld, maar kort: er viel een pauze als bevroren wij, als waren wij hemellichamen, die wachtten op een voorttikken van een uitgebalanceerd uurwerk, en misschien waren het ook de klokken op de metershoge palen, of enkel de verwarring dat ik hem in een ander park dan in de Hofgarten moest tegenkomen, zelfs het onverwachte avondlijke tijdstip, maar het overwicht gleed juist in die indringende kalmte van hem af. De van binnenuit verlichte klokken staken als bevroren manen uit boven het gezicht dat inkuilde, alsof de mond op eigen kracht verder moest. En zo flapperden de donkerrode lippen om woorden voort te brengen, die zich haast beschaamd onttrokken aan het oude verlangen naar de schoonheid, alsof hij mij uit dankbaarheid voor mijn aanwezigheid voor het eerst inzicht verschaffen wilde in de man die ik, en ik mocht aannemen dat hij dat niet doorhad, nog maar kort tevoren van het leven had willen beroven. Maar allengs werden de woorden weer krachtiger, mogelijk omdat hij zich geruggensteund voelde door de suizende beschermingswal van het avondlijke verkeer, die niet alleen bestond uit de motoren van auto???s, maar ook uit het voorbijfietsende brabbelen in mobiele telefoons of het aanroepen van een hond die zich door de schaduwen en de struiken liet opschrokken, en waar hij eerst nauwelijks tegen mij gesproken had, mij ook slechts had laten raden naar de zin van al die precieus gekalligrafeerde zinnen in het grote blauwe schrift, gaf hij zich nu volledig over aan de sonoriteit van zijn stemgeluid:

       ???Ooit was ik veel te goedhartig.
       De mensen hadden het allang in de gaten. Maar ik was zo blind als een dooie hengst. Ik gunde de wereld alles wat je haar menselijkerwijs toewensen mag. Met, zoals dat gaat, alle gevolgen van dien. Er lijkt weinig aan veranderd. Maar ik ben in elk geval op mijn hoede. Een gewaarschuwd man. Je lijkt wel wat op mij, wist je dat? Je hebt het voordeel dat je daar niet in gelooft. Hoe graag je het ook zou willen. Je kunt het niet. Je hebt van alles geprobeerd. Ik heb het aan je gezicht gezien. Zag het meteen al. Nu ben je blij, dat je mij weer tegen bent gekomen. Jij hoeft je nooit in te spannen. Jij bent er zo eentje. Ik hoef niemand te ontmoeten, of ze geloven dat ik overloop van het verlangen om op te draaien voor hun problemen. Ze zeggen het niet, maar ik kan het zo zien. Erg genoeg ben ik op die manier ook geworden wat ik ben. En dat is natuurlijk het grote raadsel, toch? Je was er altijd al op uit dat ik je dat ging uitleggen? Zodat je tegen je vrienden kon zeggen: Dorian, mijn vriend uit het park, als je nagaat wat die man heeft meegemaakt, en dat hij zijn waardigheid heeft behouden; die innerlijke kracht van zo???n goedzak.
       Ja, dat is mooi, heel, heel mooi.
       Toch ontkom ik er niet aan. Het wordt tijd dat ik je iets vertel. Ik heb zo???n dreigend, ongemakkelijk gevoel. Al maakt ook dat niet uit: wat je maar doet, het is altijd de laatste kans voor dat moment. Dat moest ik mijn klanten vroeger ook altijd duidelijk maken. Die gunde ik altijd alles. Net zoals mijn bazen. We stouwden de hele winkel voor onze klanten vol. Over honderden vierkante meters, verspreid over het hele land: de mensen constant bedreigen met hun laatste kans. Op Bretoense vissoep in een authentiek flesje of tex-mexkruidenmix, en dat noemden wij seasoning, om de klant onbewust het gevoel op te dringen dat hij, al kokkerellend, de seizoenen in de greep had, dat hij naar believen midden in de winter voor de zomer kon klaarstaan. En dan boden we ook producten aan uit duurzame visvangst, en echt waar, iedere avond weer grijnsde ik opgelucht dat niemand mij de vraag had gesteld bij hoeveel klandizie zo???n visgrond nog duurzaam mag heten. Ook een dreigement van de laatste kans, maar dat gold voor de hele business: doodsangst van de detailhandel, of je nu opvolgmelk verkoopt, groente- en fruithapjes, pleepapier, of als je wil, toiletpapier, dat overigens ook de deur uitging als keukenpapier, soms als huishoudpapier. Voor de laatste kans kon iedereen bij ons terecht.
       Als filiaalleider had ik een goede reputatie: die van toffe peer. Ik weet niet waar die naar smaken: een beetje Conference, een beetje Gieser Wildeman? Geen idee. In die dagen was ik zo gewoon als maar enigszins mogelijk, met een goede stoot sufheid in de ogen. Ik had er een training in gevolgd. Tegelijkertijd moest ik natuurlijk wel doortastend kunnen optreden, alert, oplettend, strikt, maar vooral: gewiekst. En op de centjes letten, de kleintjes, zoals een concurrerend bedrijf ze noemde. In mijn contacten met de hogere echelons moest ik dan weer aangenaam en communicatief blijven. Zo was ik als filiaalleider een specialist in de meest gunstige menselijke eigenschappen, als de vertegenwoordiger van het absolute in zijn meest relatieve vorm, scharnier tussen mens en ding, aaneengesmeed door de dreiging van de laatste kans.
       Die iedereen altijd opnieuw aangeboden wordt, bij voorkeur met korting ??? ter compensatie van de ongewenste consequenties. Ooit was er een oud vrouwtje. Ik had haar nooit eerder gezien, maar vanaf zekere dag zag ik haar telkens opduiken in de winkel. Opvallend genoeg liet ze zich moeilijk in de tot dan toe gebruikelijke segmenten parkeren. Maar dat kwam goed uit: dat was net de nieuwe lijn van ons bedrijf. De hoogste echelons hadden besloten dat wij tegenwoordig voor iedereen openstonden. Iedere droom van elk mens moesten wij kunnen vervullen. Het was niet dat mijn dromen door haar vervuld werden, maar ik ging wel helemaal op in die vrouw. Ze was al een heel eind op leeftijd, maar onwaarschijnlijk kwiek. De groeven in het gezicht, de tanige huid en haar slap afhangende, vaalbleke haren werden bijna volledig uitgewist door de levendige warmte in de ogen. Het was alsof zelfs de slakkengang waarmee ze het wagentje voor zich uit duwde, haar moeite kostte. En niet omdat ze de kracht niet meer had, integendeel: ze gaf de indruk constant af te remmen, alsof ze rekening moest houden met een waarschuwing van de huisarts vanwege breekbare botten, terwijl zij nog overliep van herinneringen aan een sprankelende jeugd. Ze moest een heerlijk leven achter de rug hebben. Nog zinderde het overschot aan vriendjes, liefjes, vrijers, verloofdes in haar na ??? en toch was ook dat weer moeilijk voor te stellen, bij dat gebreide oranje mutsje, de afhangende schouders van haar dikke, zwarte winterjas met vale, rode strepen, de afgelopen hakken van de beige gezondheidsschoenen, de dikke nylons onder de rafelende rokpunten. De boodschappentas leek bovendien te groot voor de wensen van een armzalige slons, en paste met dat drukke bloemmotief ook niet bij het niveau van ons oude segment. Maar misschien interesseerde haar de zorg die zij eens om zichzelf gehad moest hebben, niet langer meer. Of ze moest tegen een heel bescheiden pensioentje opboksen. In al die bespiegelingen stelde ik vast dat zij precies tot die mensen behoorde op wie wij tegenwoordig ook moesten vissen. Zij was de slonzige heraut van het armzalige segment.'


Lees meer in De maker. 100 jaar Max Frisch.