Op deze pagina's is het archief van DW B terug te vinden. Voor de actuele website ga naar: http://www.dwb.be

De verborgen agenda

Verschenen in: Aangespoeld
Auteur: Guus Bauer

Tot ver in het najaar was het heet geweest. Zijn baard was net als het haar op zijn hoofd, borst, armen en benen helemaal uitgebleekt. Verder viel hij niet echt op tussen de badgasten. De dorpelingen, de bewoners van de strandhuisjes en de vaste bezoekers van de camping zouden in hem niet de gewezen winkelier herkennen. Hij luisterde niet meer naar de namen die hij bij zijn geboorte had gekregen. Ze kwamen hem voor als die van een vreemde. Als hij tegen zichzelf sprak, verzon hij steeds een andere benaming. Al naargelang het seizoen, de weersgesteldheid of een mooie vondst op het strand.
      
Hij had hoogstens iets meer spullen bij zich dan de zonaanbidders. De winterjas die hij zelf had gemaakt, gebruikte hij als kleed. Uit zijn winkelwagen puilden dozen, plastic tassen en twee rugzakken. Er was een paraplu aangespoeld. Met een zeildoek ??? eveneens een geschenk van de golven ??? maakte hij er een windscherm van. Het was niet zo gek dat hij dacht dat het karkas van de paraplu het graatwerk van een diepzeebewoner was. Er zat geen doek meer op de baleinen, de wieren die rond het binnenwerk waren gedraaid, leken op de resten van darmen, aan de punt zat een staart van mossels en het handvat had de vorm van een schedel, van een paarlemoer mooier dan hij ooit had gezien.
      
In de duinen had hij een voddenman, een collega als het ware, een grote hoeveelheid koffers en tassen zien dumpen. Hij had ze allemaal geopend om te kijken of er iets naar zijn gading inzat. Tot zijn verbazing waren ze gevuld met rugzakken en tassen, zelf ook weer volgestopt met plastic zakken. In een boterhamzakje zat een verpakking met de resten van een broodje kaas. Hij had geen idee waarom hij iedereen toch altijd over vers brood hoorde jubelen, in een oude korst zat vaak meer smaak.
      
Naast een koffer nam hij twee tassen mee. Daarin deed hij zijn dagelijkse spulletjes. Niet wat men doorgaans van een strandbezoeker verwacht. Zijn huid hoefde hij niet in te smeren, een zwembroek bezat hij niet en een zonnebril had hij ook niet nodig. Als de lucht erg scherp was, kneep hij zijn ogen iets meer toe. Net als wanneer zijn neus het niet meer kon verdragen. Daar zette hij dan een knijper op, een wig die hij ooit van een stuk wrakhout had gemaakt. In een van de bunkers in de duinen had hij een gasmasker gevonden, een rubberen schedel met gebroken ogen. De scherven verving hij door flessenbodems. Als het erg waaide, zette hij het masker weleens op. Zonder erbij na te denken was hij zo een keer uit de golven opgedoken. Niet alleen kinderen waren verschrikt weggerend.
      
De koffer, zo groot als een doodskist, vulde hij met zijn verzameling stenen ??? zwerfkeien zoals hij ???, schelpen ??? lege schalen zoals hij ???, zijn agenda???s en boeken ??? geschiedenis net als hij, en de schriften met uitgeknipte kruiswoordraadsels ??? raadsels net als alle mensen om hem heen. Bijna heel zijn leven, en dat van zijn voorvaders, kon hij in de koffer kwijt. Hij was een nacht bezig geweest met het graven van een gat in een duinpan. De plek markeerde hij met een kruisje van wrakhout. Zo leek het net een oorlogsgraf van lang geleden, ongeveer uit de tijd van de Tweede Grote Krijg.


Lees meer in Aangespoeld.