Op deze pagina's is het archief van DW B terug te vinden. Voor de actuele website ga naar: http://www.dwb.be

Meringue

Verschenen in: Ondood

 

Why this crooked path to you?

J.M.Coetzee

 

       

Ik heb besloten hem Nikolaas te noemen. Aan het begin van de zomer ging hij op een vrijdagvoormiddag inkopen doen. Het seizoen was te jong om al zijn definitieve draai te hebben gevonden: vakanties waren gepland maar nog niet in gang gezet, de hitte was draaglijk, stadsfeesten lagen te ver weg om invloed uit te kunnen oefenen ??? de tram reed bijvoorbeeld nog zonder oponthoud, of zonder een overdaad aan provincialen of toeristen. Het leven ??? zijn leven ??? voltrok zich zonder uitzonderingen.

       Aan de ingang van het winkelcentrum, dat op de kop van een open ovaalvormig, weinig bebouwd gebied lag en tot het begin van de twintigste eeuw de stationsbuurt had uitgemaakt, verkocht een zuiderse man de daklozenkrant. Zoals gewoonlijk nam hij zich voor om op de terugweg weliswaar niet tot aankoop over te gaan, maar om dan toch een aalmoes aan de man te geven, die ver beneden de verkoopprijs van de krant lag. Op die manier, hoopte Nikolaas, zou hij hem er niet tevergeefs van moeten overtuigen dat hij al iets gegeven had.

       Net voorbij de schuifdeuren van het winkelcentrum, waar het luchtbehandelingssysteem nog strijd levert met de naar binnen gulpende buitenlucht, en waar de omarmende vertakking van de commerci??le niveaus, doorkruist met roltrappen en gespiest op een reeks liftkokers, een aanvang neemt, stond een groepje tieners. Sommigen onder hen leunden over de borstwering en keken onge??nteresseerd naar het reusachtige atrium; anderen stonden met hun rug naar dit gat in de winkelvloeren, en keken uitdagend naar al wie zich zonet door het gebouw had laten opslokken. Net door de aanwezigheid van dat groepje was de verbazing van Nikolaas des te groter, toen hij zag hoe zij zich losmaakte uit hun gezelschap, net op het moment dat hij langsliep ??? alsof, zo flitste het door hem heen, ze op hem had staan wachten. Waarschijnlijk zou hij aan haar hebben gedacht, aan de mogelijkheid van een ontmoeting, als die voor hem zo dreigende samenscholing er niet was geweest. Ze nam geen afscheid van hen ??? dus maakte ze ook geen deel van hen uit: misschien waren ze gewoon, buiten hun wil om, zowel zij als de tieners, in de verkeersstromen terechtgekomen en met elkaar gemengd geraakt. Ze begroette hem lachend, en ging, alsof ook dat allemaal door een hogere hand was gepland, met hem mee naar de supermarkt.

       Ze namen de roltrap naar boven: nooit kon hij beslissen welke trede hij moest nemen, als hij ze een voor een uit de vloer tevoorschijn zag komen, en zo kwam Nikolaas een paar passen lager te staan. Ze keek hem aan over haar schouder en lachte ??? hij moest naar boven kijken om haar te zien, en kreeg de indruk dat ze zich sneller voortbewoog, wat onmogelijk was, want hun lichamen waren aan dezelfde beweging onderworpen.

       Voor de ingang van het warenhuis stonden in drie rechte rijen de winkelwagentjes. Een man van middelbare leeftijd, met donkere oude kleren aan, die in verschillende lagen zijn mager lichaam bedekten, leek net naar buiten te zijn gekomen, en liep traag in de richting van het atrium. Zijn haren waren lang, veelkleurig en ongewassen, en zagen er bijna verduurd uit, als een door zout aangevreten stuk textiel. Hij droeg een verfrommelde, maar door de inhoud bolstaande plastic zak, bedrukt met het supermarktlogo. De zak leek, buiten nog meer plastic zakjes, helemaal niets te bevatten. Voor zover Nikolaas dat kon zien, werden die zakjes niet door elkaar omhuld zoals de jaarringen van een boom, maar staken ze willekeurig geschikt bij elkaar: enkele zakjes zaten met z???n drie??n in ????n groter zakje, terwijl andere eenzaam deel uitmaakten van de verzameling ??? het enige dat hen samenhield was de buitenste zak, die hen als een gebarsten maar ongebroken eierschaal een gezicht gaf, en die door de man stevig in de hand werd gehouden, als was het zijn kostbaarste bezit.

       Nikolaas keek het meisje aan. Ze namen elk een karretje uit een verschillende rij. Hoewel ze nog nooit over de man hadden gesproken, wisten ze toch van elkaar dat ze hem kenden: hij was een vanzelfsprekende aanwezigheid in de stad, als een hoog leeg torengebouw dat iedereen kent en dat de bliksem aantrekt en overal, op verschillende plaatsen, en nu en dan zelfs tegelijkertijd, opduikt. De dakloze ??? want iedereen ging ervan uit dat hij dat was ??? had hen zoals steeds niet in de ogen gekeken, maar het oog boven de schuifdeuren zag haar als eerste, en voor de tweede keer die dag ging Nikolaas naar binnen.

       Daarna beseft hij, zonder er al te veel over na te denken of zonder er een verklaring voor te hebben, dat dit het moment is. Zijn vastbeslotenheid is zo groot dat hij zich, zoals bij honger of lust, niet kan voorstellen dat hij haar ooit zal verliezen. Nu kan hij haar eindelijk vertellen wat hij al die weken waarin ze rond elkaar hebben gedanst, heeft voorgekauwd ??? in andere woorden dan voorzien, langs lange omwegen en telkens weer afgewezen zekerheden. Nu is het beslissende ogenblik tussen hen aangebroken, nu heeft ze genoeg geduld gehad ??? nu is het genoeg geweest.

       ???Weet je???, zegt Nikolaas, en hij probeert te vergeten hoe lang de weg is die hij te gaan heeft, hij probeert niet aan haar reactie of haar verveling te denken, want het is het resultaat dat telt, in de vorm van de uiteindelijke overtuiging die zij hem (of hij haar) kan bezorgen ??? ???je weet???, zegt hij, ???hoeveel verhaaltjes er over die man verteld worden. Ik zou hem een naam kunnen geven, maar??? ??? en hier onderbreekt ze hem al, en ze zegt: ???Leskof, de Leskof???.

       Ogenblikkelijk, zodra hij zag hoe haar lippen zich van elkaar verwijderden, heeft hij spijt, voelt hij schaamte over zijn voornemens en is hij niet meer zeker dat hij iets te zeggen heeft ??? is hij dus ook niet meer overtuigd van haar. Hoe heeft hij ooit kunnen denken dat zij zou luisteren, dat hij zijn patroon van oneliners, grappen en dubbelzinnigheden, waar hij de voorbije weken niet van is afgeweken, zou kunnen doorbreken? Hoe is hij kunnen vergeten dat iets wat zo onvervreemdbaar leek, iets wat een van zijn meest verzekerde bezittingen was, toch van hem is weggenomen: het vermogen om ervaringen uit te wisselen.

       Ze voelt met de vingers van haar rechterhand aan een appel, kiest er dan nog vier andere uit en stopt ze in een transparant zakje. Ze lijkt vergeten te zijn dat hij er is, net zoals hij vergeten is dat hij boodschappen moet doen. Hij neemt een bakje aardbeien en zet het in een vakje vooraan in zijn karretje. Hij ziet haar lange blonde haren, hoe ze doodlopen in de kromming van haar rug en op de flanken van haar heupen, en hij zegt ??? het is onvoorstelbaar, maar dat besef is nu weer weg ??? hij zegt: ???de Leskof, het zou kunnen, waarom niet???. Maar ze blijft zwijgen en staat ondertussen al bij de bananen. Met een tros van drie exemplaren in haar hand kijkt ze hem vragend aan, misschien, denkt Nikolaas, is er wel een vlaag van interesse aanwezig in die hardgekookte, helderblauwe ogen.

       ???Er zijn mensen???, zegt Nikolaas, ???die denken dat hij sociaal gehandicapt is, en anderen zeggen dat hij een architect is die uit frustratie gestopt is met bouwen. Maar vorige week heb ik van een buurman de waarheid vernomen, en die wist het dan weer van de man aan de gebradenkippenkraam, die een meisje kent dat ooit een relatie had met een achterneef van de zwerver.??? Nikolaas gesticuleert fel terwijl hij praat, hij hoopt dat het zijn woorden een beetje ironiseert, en plukt in het voorbijgaan een netje pompelmoezen uit het rek.

       Ze lacht, dat is goed, denkt Nikolaas, als ze nu lacht, dan komt alle ernst straks op het eind samen. Toch mag hij de voorbije wanhoop en twijfel niet vergeten ??? als een onbewuste wetenschap moet hij erdoor aan de hand worden gehouden. Want als hij zijn voornemens zou laten varen, en de rest van de ontmoeting opgevuld zou worden met het gebruikelijke gepraat, dan zou er niemand zijn om dat voortijdig einde op te merken: hij is de enige die zowel de noodzaak als de overbodigheid van zijn bezigheden ten volle beseft. Ze verlaten de afdeling groenten en fruit, en hij volgt haar tussen de gekoelde rekken gevuld met zuivelproducten: het licht dat tussen de potten yoghurt schijnt doet pijn aan zijn ogen.

       ???Denk nu niet???, zegt Nikolaas, terwijl hij een fruitsmaak uitzoekt die hem bevalt, ???dat die neef, omdat hij familie is van de zwerver, een ooggetuige genoemd kan worden. Hij heeft het gehoord van een vriend, en die was dan weer toevallig in de buurt. In elk geval, dankzij al die omwegen???, zegt Nikolaas, ???weten we waarom de zwerver ??? waarom Leskof??? ??? hij spreekt deze naam een beetje ongelovig uit, met meer nadruk dan noodzakelijk ??? ???waarom Leskof een zwerver is geworden, een sprookjesfiguur, een schrikbeeld, een zwart gat, een nachtmerrie, een parano??cus, een twijfelaar ??? enzovoorts, en zo verder.???

       Ze zegt niet wat ze denkt, en nu bevalt hem dat. Anderen zouden snel het vreemde van deze situatie uitgedrukt willen zien, maar zij is bereid er zwijgend in mee te gaan, al was het maar omdat ze eigenlijk boodschappen aan het doen is. Ze zegt zelfs minder dan Nikolaas tijdens gewone, minder beslissende omstandigheden, hoewel hij nog steeds niet meer heeft gezegd dan zij in dat geval zou doen.

       Misschien is haar andere bezigheid ??? winkelen ??? een noodzakelijke voorwaarde voor haar aandacht. Kan ze niet luisteren zonder dat ze met iets anders bezig is, omdat zijn verhaaltje iets anders is dan het pretendeert te zijn? Waarschijnlijk gaat het hierom: omdat hij weet dat hij haar niet volledig in beslag neemt, vindt hij de kracht om verder te gaan.

       ???Het was ergens halverwege de jaren negentig van de vorige eeuw,??? zegt Nikolaas, ???terrorisme was nog een uitzondering, nog niet iedereen had een gsm, en het internet was ook nog niet wat het nu is. Onze man was op vakantie in Spanje, ergens aan de oostkust. Hij verbleef in een klein maar luxueus wit huisje, rond een gemeenschappelijk zwembad, naast een zevental andere vakantieverblijven. Hij was waarschijnlijk toen al op de vlucht voor het een of ander, maar hij had nog hoop ??? door weg te gaan, dacht hij, wordt het misschien beter. Er was nog meer waar hij op wachtte dan alleen maar op de dood???, zegt Nikolaas, met een eerder lacherige intonatie, en een spannende stilte voor de laatste twee woorden. Ze lacht wel, maar toch niet van harte, denkt Nikolaas. Dat hij zijn zwartgalligheid in haar bijzijn achterwege laat of ironiseert, is dat omdat hij nooit vrijuit kan spreken in andermans bijzijn, of omdat zij de wereld minder zwaar en ellendig maakt?

       Zonder dat hij het heeft opgemerkt, staan ze in de diepvriesafdeling. Ze wijst naar een doosje flensjes, achter het glas. ???Heb jij ooit al zoiets gegeten???, vraagt ze. Ze opent de deur, neemt het doosje en gooit het snel in haar winkelkarretje. Dan zwijgt ze weer, en traag schuiven ze naast elkaar voorbij de glazen kasten. Het is niet omdat ze zwijgt dat ze bereid is om te luisteren, maar ze maakt hem het spreken tenminste niet onmogelijk, dus gaat hij verder.

       ???Het was warm,??? zegt Nikolaas, ???maar ???s avonds kwam er een aangename koelte tussen de huizen hangen, in het blauw van de hemel. Hij sprak nooit met zijn buren, maar bleef lang binnen zitten ??? om te werken waarschijnlijk, maar waaraan hij werkte, dat is niemand bekend, nooit heeft er iemand zijn vakantiehuisje betreden. Hij dineerde in een klein restaurant vlak bij zijn woning, dat werd opengehouden door een kleine, bijna dwergachtige Spanjaard. Het restaurant maakte deel uit van een reeks horecazaken, twee verdiepingen hoog, die aan de rand van een ovaalvormig, rotsachtig terrein stonden, dat bezaaid lag met doodlopende, verroeste en kromgebogen treinsporen. De uitbater liep volgens kronkelende trajecten door zijn kleine zaak, op korte beentjes, en was een van die mensen die erg trots zijn op wat ze hebben gemaakt, maar toch ??? of net daarom ??? het gebruik ervan niet kunnen aanzien. Paella was zijn specialiteit???, zegt Nikolaas, ???en van zelfs ????n portie maakte hij een dampend stilleven, dat hij snel serveerde om daarna weer te verdwijnen. Hij poseerde vaak voor de toeristen, met in beide handen een reusachtige schotel.???

       Zij zegt nu dat ze in Spanje een restaurantuitbater heeft gekend die helemaal anders was: hij gooide alles op elkaar tot er een willekeurige brij ontstond, en keek dan ongegeneerd of je het lekker vond of niet. En het was wel lekker, maar toch.

       Natuurlijk ??? hoe zou het anders kunnen ??? zien Nikolaas en het meisje, zodra zij haar zin heeft be??indigd, in de voorlaatste van de reeks diepvriesautomaten, op ooghoogte, kant-en-klare paella achter het glas staan. Ze lachen hardop, maar ze laten de doos onaangeroerd. Is ze bereid aan dit toeval betekenis te geven ??? of gaat ze eraan voorbij zonder de uitzonderlijkheid ervan in te zien?

       ???Ik heb water nodig???, zegt het meisje, en even denkt hij dat ze nu wil drinken, of nu natgemaakt wil worden, maar nee, nee, alles wat hier wordt gezegd heeft vanzelfsprekend slechts betrekking op consumptie die zich in de toekomst bevindt. Ze kan alleen maar verwijzen, en dan nog zal Nikolaas er nooit helemaal zeker van zijn dat ze dat bewust doet. Hij en het meisje komen terecht tussen de plastic flessen: honderden, met het oog op de zomer zonder remmingen op elkaar gestapeld, nogal slordig, want hier en daar ligt er een fles horizontaal tegen de grond. Ze begint drankjes uit te kiezen: een onvoorstelbare vari??teit aan smaken, kleuren, formaten en merken, terwijl Nikolaas alleen maar een pak van zes bij elkaar gekleefde flessen plat water in zijn karretje zet. Haar lichaam rekt zich uit en krimpt in om alle hoeken van de rekken te kunnen bereiken.

       ???In dat restaurant???, zegt Nikolaas, ???zat hij bijna elke avond, in de zachte warmte, alleen aan een tafeltje, met een krant of een boek, of zonder iets, dan keek hij gewoon voor zich uit, naar de blauw wordende hemel. Hier ontmoette hij de jonge vrouw die zeker de aanleiding, maar wellicht niet de oorzaak van alles is geweest.??? Nikolaas kijkt haar aandachtig en bezorgd aan ??? haar ronde, volle gezicht, de scherpe neus met aan weerszijden de glooiende wangen ??? zoveel anders dan het lege, mannelijke, benige hoofd van de vrouw uit Spanje, met zwart haar bovendien, en wenkbrauwen als versgetrokken, nog natte strepen. Beseft ze dat ze in het verhaal nu ook met z???n twee??n zijn, en vraagt ze zich af wat dat zou kunnen betekenen?

       ???Ze had een mannelijk gezicht,??? zegt Nikolaas, ???sommige wetenschappers beweren dat mannen met een vrouwelijk gezicht daarop vallen. In elk geval, we kiezen niet wat we zien, en van die eerste avond af, zag hij haar dagelijks, en soms zelfs meerdere keren per dag. Ze dook op in de supermarkt, in de late namiddag; ze wandelde over straat als hij opkeek van zijn werk; hij zag haar op een middag, net voor de zon gevaarlijk begon te worden, op een luchtmatras aan het zwembad liggen; hij ontmoette haar in het centrale gebouwtje van het complex, waar ze haar post ging halen. Zijn hart sprong op,??? zegt Nikolaas, ???zij woonde net als hij in een van de huisjes!???

       ???Hij begon???, zegt Nikolaas, ???ontmoetingen in sc??ne te zetten, maakte omwegen, ging op berekende momenten de deur uit, bleef langer dan gewoonlijk aan het zwembad zitten. Wat het ook was waarmee hij zich voor haar intrede had beziggehouden, er zal niet veel van terecht zijn gekomen. Na al die ontmoetingen kon het niet anders of ze begonnen elkaar toe te knikken. Als hij niet beter had geweten, was hij haar ervan gaan verdenken op straat te wonen ??? net zoals wij hem nu verbaasd, telkens weer, tevoorschijn zien komen in elke uithoek van de stad, net zo begon hij zich af te vragen hoe het kon dat hij haar altijd weer tegenkwam.???

       Hun winkelkarretjes botsen tegen elkaar, zacht, zonder veel geluid te maken ??? hij voelt een wee??ge trilling door zijn middenrif gaan, alsof het karretje een verlengstuk van zijn lichaam is geworden. Nikolaas houdt zijn pas in en laat haar passeren, voorbij de torenhoog opgestapelde tubes zonnecr??me ??? de zomer is in aantocht.

       Op een kruispunt van vier gangen maakt een vrouw toastjes met eiersalade. Ze draagt een uniform dat bezaaid is met logo???s van de fabrikant, tot het hoedje op haar hoofd toe. De vrouw lijkt er schimmig door te worden, immaterieel, alsof haar hoofd is opgehangen aan een muur bekleed met een waanzinnig behangpapier. Nikolaas en het meisje proeven zwijgend, leunend op hun winkelkarretje.

       ???Het was hem opgevallen???, zegt Nikolaas met een halfvolle mond, ???dat ze nooit sprak. Zelfs tijdens het inkopen doen of in het restaurant, handelde ze alles in volstrekt stilzwijgen af, zonder een woord met wie dan ook te wisselen. Alleen haar gezicht veranderde van uitdrukking, flexibel als het wateroppervlak van een zwembad waar iemand met een luide sprong in terechtkomt. Ze kon in een oogopslag haar ernstige gezicht wijzigen tot het een vriendelijke, dankbare of vragende uitdrukking droeg. Maar geluid maken, dat deed ze niet, net zoals hij dat hier ook nooit doet. Het was deze op ervaring gebaseerde conclusie dat zij niet kon spreken, die natuurlijk vooral door zijn eigen stilzwijgen in stand werd gehouden, die zijn verbeelding definitief en onherroepelijk in gang zette, en hem opvattingen rond haar persoon deed vormen die raakten aan alle eigenschappen van zijn geest, zoals kinderen een hut bouwen rond de takken van een boom, om in te spelen, weg van de rest van de wereld.

       ???Mmmm???, zegt het meisje, goedkeurend of bevestigend, ze veegt met haar ringvinger een beetje mayonaise weg van haar onderlip en vraagt Nikolaas of hij deze eiersalade zal kopen. Zonder te antwoorden zet hij twee doosjes in zijn karretje, waarvan het bodemoppervlak stilaan gevuld raakt. Haar karretje telt al drie verdiepingen, en ze zet er nog een doosje eiersalade bovenop. Het lijkt wel alsof ze inkopen doet voor een heel gezin. En misschien is dat wel zo, wat weet hij eigenlijk over haar, buiten de resultaten die herhaalde zoekopdrachten op het internet hebben opgeleverd? Wat doet hij hier, waarom vertelt hij net tegen haar die dingen die zoveel over hem zeggen? Hij heeft maar ????n kans, als het op deze woorden aankomt ??? daarna zweven ze rond als wolken, en kan hij er nooit nog aanspraak op maken.

       ???Ik moet een paar dingetjes halen???, zegt ze tegen hem, met een hoofdknik naar een gang vol cosmetica en spulletjes voor persoonlijke hygi??ne. Zover reikt hun vertrouwelijkheid natuurlijk niet, wat had hij gedacht? ???Goed, goed,??? zegt Nikolaas, ???ik moet nog een paar tijdschriften kopen??? ??? het is niet waar. Maar nu loopt hij dus alleen door de supermarkt, voor het eerst zonder haar, hij heeft het gevoel dat hij verloren zou kunnen lopen, dat de gangen met producten alleen maar meer gangen zullen voortbrengen, zonder dat hij alle keuzes het hoofd zal kunnen bieden. Hij bladert in een lifestylemagazine, vol met wetenschappelijke bevindingen en handleidingen voor zelfonderzoek en relationeel verkeer die nooit iets opleveren. Heeft ze eigenlijk wel naar hem geluisterd? En zal ze dat straks nog doen, als hij er tenminste nog in slaagt de draad van zijn landloperverhaal terug op te nemen? Hoe kinderachtig heeft hij zich gedragen, alsof hij nog steeds in Sinterklaas gelooft, of in de paashaas! En al zijn geratel ??? het heeft haar vermoedens over hem alleen maar versterkt, het heeft de afstand tussen hen alleen maar groter gemaakt.

       Daar komt ze nu, ze duwt haar karretje voor zich uit en lijkt in lachen te zullen uitbarsten ??? kijk haar eens vrolijk zijn ??? een vreemde maar vriendelijke opwinding slaat van haar over op hem. Haar lange haren en haar lange benen ??? beheerst komen ze in zijn richting. ???Ben je klaar???, vraagt ze hem, en hij beaamt, gooit het tijdschrift met de cover naar beneden in het karretje: een advertentie voor parfum wordt zichtbaar, twee licht geopende, fluisterende monden zoeken elkaar in zwart-wit. Misschien ligt hierin haar aantrekkingskracht: de mogelijkheid van onversneden gevoelens, die elke redelijke twijfel als zwarte vogels zullen verjagen ??? weg, weg, zelfs uit het domein van de herinnering.

       Ze gaan in de rij staan voor de kassa ??? zij eerst, hij zet zijn karretje schrijlings op de rijrichting zodat hij dichter bij haar kan gaan staan. ???Wil je het vervolg nog horen????, vraagt hij, en haar hoofd gaat op en neer.

       ???Ieder mens is evenveel personen als hij of zij mensen kent,??? zegt Nikolaas, ???maar Leskof liet zich door niets of niemand weerhouden in het bepalen van haar persoonlijkheid. Hij was haar de ranke Fran??aise gaan noemen, omdat ze bijna ziekelijk mager was, en omdat hij in het restaurant had gezien dat ze alleen Franse boeken las. Op een avond kon hij, na veel gemanoeuvreer, de titel van een van die boeken lezen, die in ouderwetse kapitalen op de voor de rest witte kaft stond:


FAIRE L'AMOUR

       Het was een titel die hem bijna flambeerde. Hij zocht naar het boek in de boekenkraampjes van het badstadje, zonder dat aan zichzelf toe te geven, omdat hij toch niets beters te doen had terwijl hij over haar fantaseerde, en uiteindelijk ??? ongelooflijk ??? vond hij het ook, in een op het eerste gezicht andere editie, met op de flap een realistisch schilderij, in grijswaarden, van een omhelzend koppel. Dit was stationslectuur voor eenzame dames op leeftijd ??? dit kon het boek niet zijn dat de ranke Fran??aise aan het lezen was ??? maar hij kocht het toch, en las het, alleen, verbaasd en ongelovig glimlachend, in de duisternis van zijn vakantiehuisje. Hij mocht er niet aan denken door haar betrapt te worden met het boek.???

       ???Hij voerde imaginaire gesprekken met haar,??? zegt Nikolaas, ???dubbelzinnige dialogen in het Frans ??? haar moedertaal. De verzonnen communicatie bestond niet enkel in zijn gedachten, maar was bovendien van een soort die nooit in de werkelijkheid voorkomt: alles wat zij tegen elkaar zeiden liep als een vol glas helder water over van betekenis, een glas waarvan je alleen maar kan drinken door het op tafel te laten staan en er je lippen naartoe te bewegen, om er dan voorzichtig, zacht, zonder je handen te gebruiken, van te nippen, zodat het bolstaande wateroppervlak zich opgelucht ontspant.???

       Ze betaalt elektronisch: vier korte signalen laten haar code opklinken zonder die prijs te geven. De caissi??re laat nu zijn aankopen voorbij het oog van de scanner passeren, en praat ondertussen, in een onverstaanbaar dialect, met haar collega aan de volgende kassa. Zo wordt het verhaal dat Nikolaas probeert te vertellen, loodrecht gekruist door het wereldse, maar evenzeer onverstoorbare geroddel van de werkneemsters van het warenhuis. Hij heeft moeite met de plastic zakjes, slaagt er niet in om ze te openen, en ze helpt hem: met lange dunne vingers zoekt ze glimlachend de opening op en maakt dan de twee tegen elkaar aan klevende lagen los, waarna ze met drie korte knikbewegingen van haar pols lucht in het zakje laat stromen. Alles wat hij heeft gekocht wordt nu voor zijn ogen samengevat: in een precieze rij wordt elk product door een ander gevolgd, slechts van elkaar gescheiden door het geluid van de kassa. Van sommige dingen lijkt hij nu pas te beseffen dat hij ze uit de rekken heeft gehaald, maar toch komen alle verpakkingen terecht in de grote container van het zakje.

       Langs dezelfde weg waarlangs ze gekomen zijn, keren ze terug, beide handen beladen met de volle plastic zakjes. De man met de daklozenkrant die aan de ingang stond, is weg, maar Nikolaas merkt het niet: hij moet zich te zeer concentreren om haar te volgen, tussen de stromende massa moet hij moeite doen om haar niet uit het oog te verliezen. Door een verafgelegen toeval wonen ze vlak bij elkaar ??? het is ook dat toeval dat hen de afgelopen weken steeds dichter bij elkaar heeft gebracht, in steeds nauwer wordende omwentelingen ??? een reeks die, als Nikolaas erin slaagt zijn plan ten uitvoer te brengen, vandaag een slotakkoord zou moeten kennen.

       Naast elkaar, met hun boodschappen op de stoep, wachten ze op de tram. Het zou ongehoord zijn om haar nu het vervolg op te dringen, als ze daar niet zelf om zou vragen. Nikolaas beseft dat, maar er zijn krachten in hem werkzaam die hem doen hopen dat ze dat vooral niet doet ??? krachten zoals de mechanismen die de landloper zijn omzwervingen doen maken ??? zoals op dit eigenste moment, want kijk, daar komt hij de hoek weer om gewandeld, vanuit een lagergelegen stadsgedeelte dringt hij in hun gemeenschappelijke blikveld binnen, voor de zoveelste keer vandaag.

       Hij kijkt wantrouwig maar lethargisch om zich heen, alsof hij niet in verkeerslichten of zebrapaden gelooft, met bloeddoorlopen ogen, alsof hij zoutzuur in zijn gezicht heeft geplensd. Als hij halverwege het kruispunt is, ongeveer ter hoogte van de middenberm waarop de tram straks zal stilstaan, keert hij op zijn passen terug, tot aan de drempel van het trottoir, en draait zich dan plots weer om. Daarna steekt hij de straat helemaal over, zei het nog steeds niet met veel enthousiasme, tot hij de tegenoverliggende gevelrij heeft bereikt. Hij blijft staan, op de hoek van het kruispunt, en kijkt aandachtig, maar zonder zijn blik langer dan enkele seconden op ????n plaats te laten rusten, naar de wachtende mensen. Er is niemand die zich aan hem stoort, alsof hij helemaal geen uitzondering is.

       ???Wat is er toch met hem gebeurd???, vraag het meisje aan Nikolaas. Ergens vindt hij de moed om verder te gaan, na die lange onderbreking ??? misschien in het besef dat er niets erger is dan het besef van onvoltooid werk, misschien omdat zijn onderwerp toekijkt, misschien omdat hij weet dat het toch maar een verhaaltje is dat hij zelf niet eens begrijpt, laat staan dat zij er iets uit zou besluiten, misschien omdat hij zelf wil weten hoe het allemaal verder verlopen is, en Nikolaas daar geen zekerheid over kan hebben zonder zichzelf de woorden uit te horen spreken.

       ???Waarschijnlijk???, zegt Nikolaas, ???was er niets veranderd voor het eind van zijn vakantie hem terug naar het noorden dreef: dezelfde verzinsels die slechts bestonden bij gratie van woordeloosheid, dezelfde opwindende blikken tijdens wandelingen door warme straten, dezelfde ongeboren toekomst. Maar op een ochtend vindt hij een briefje op zijn deurmat: een uitnodiging voor een avondfeest, georganiseerd door de eigenaar van het vakantiecomplex, met wie hij alleen nog maar telefonisch contact heeft gehad. Alle huurders worden ge??nviteerd op een gezellig samenzijn op vrijdagavond, in de grote bungalow aan de rand van het domein.???

       ???Hij twijfelt natuurlijk lang, met een zwellend angstgevoel in zijn middenrif,??? zegt Nikolaas, ???tot op het moment dat hij eigenlijk al vertrokken zou moeten zijn. Maar wat zou er kunnen gebeuren? Hij zal een gesprekje voeren met de eigenaar, hij zal met bedekt enthousiasme uitdrukking geven aan zijn tevredenheid over zijn verblijf, en als de tuinman er is, met wie hij al eerder, aan de haag die zijn tuintje afboordt, woorden heeft gewisseld, dan zal hij tegen hem een paar gemeenplaatsen uitspreken. De ranke Fran??aise zal niet aanwezig zijn, meer nog, ze zou zelfs teleurgesteld zijn mocht ze hem op dat feest aantreffen, omdat ze, net als hij in haar, de zwijgzaamheid, de gereserveerdheid, de zelfgekozen en dus glorieuze eenzaamheid in hem, na al die weken, is gaan waarderen.???

       ???De avond lijkt geheel volgens zijn verwachtingen te verlopen: hij ziet haar nergens, en ontspant zich opgelucht???, zegt Nikolaas. ???Rond het kleine priv??zwembad van de gastheer en gastvrouw staan parasols en tafels met drankjes en versnaperingen opgesteld. Hij besluit er het beste van te maken, en probeert de lichte melancholie die toch in hem opkomt weg te drinken met een cocktail. Spaanse, ritmische maar toch smaakvolle muziek overspoelt de aanwezigen, onder wie hij zijn buurvrouw aantreft, wier bestaan, en de bescheiden vertrouwelijkheid die hij met haar heeft opgebouwd, hij helemaal was vergeten. Hij begint een gesprek met haar ??? ze blijkt een weduwe te zijn die al jaren dezelfde reis maakt in de maanden juli en augustus. En dan, natuurlijk ??? het duurt een tijdje vooraleer hij haar herkent ??? is de ranke Fran??aise daar toch. Ze heeft zich aan het werk laten zetten door de organisatoren, denkt hij, en loopt rond met een schotel schuimpjes ??? meringue noemen ze dat, geloof ik???, zegt Nikolaas. ???Het bestaat uit suiker en eiwit dat met een onvoorstelbare intensiteit is opgeklopt en dan onder zeer hoge temperaturen gebakken wordt. ???Ik denk dat jij daar wel fan van bent???, zegt de jonge vrouw, die nog steeds rank is maar alleszins niet meer voor een Fran??aise kan doorgaan. En dan komt de man die zichzelf aan Nikolaas heeft voorgesteld als de eigenaar, zijn arm rond haar leggen, en haar een kus op haar wang geven terwijl hij iets mompelt in de zin van ???al die zoetigheid, schat???, en terwijl langzaamaan het besef in hem groeit dat hij nooit afscheid zal kunnen nemen, hoe ver de reizen die hij maakt ook zullen zijn, neemt de man, voor wie het leven niet veel later met ademhalen zal samenvallen, een schuimpje. Het slanke meisje danst met de man, ze tuimelen haast in het zwembad van plezier, terwijl hij in de meringue bijt. Het gebakje bestaat nagenoeg volledig uit lucht, het ontploft onder zijn neus en tussen zijn tanden. Een wolk van wit poeder, dat ooit, niet eens zo lang geleden, kleverig nat schuim was, onttrekt hem aan het zicht, en zijn tanden klappen pijnlijk op elkaar, terwijl hij het gevoel krijgt dat er van het stevige, rimpelige schuimpje, helemaal niets in zijn mond terecht is gekomen, en dat hij misschien wel in het bed van de wereld ligt, maar dat zij zich voorgoed naar de muur heeft gekeerd.???

       Het is de tram die, jaren na zijn terugkeer en zijn definitief vertrek, tussen Leskof en de rest komt te staan, en Nikolaas het zwijgen oplegt. Zij stapt op, maar hij heeft geen kaartje, dus loopt hij tot aan de kop van de tram, om voorbij de eerste deur een vervoersbewijs te kopen bij de bestuurder. De deur blijft gesloten: Nikolaas zwaait heen en weer met een bankbiljet voor het glas dat hem van de wattman scheidt, maar deze wijst nadrukkelijk naar een papier dat tegen de binnenkant van de deur is gekleefd, en waarop in kapitalen een mededeling staat:

              GELIEVE EEN TICKET TE KOPEN AAN DE AUTOMAAT? EN IN TE
      
       STAPPEN LANGS EEN ANDERE DEUR. U KAN EVENWEL STEEDS

                            EEN TICKET KOPEN BIJ DE TRAMBESTUURDER.

       Deze bewegingen herhalen zich een drietal keer, met verhoogde intensiteit: Nikolaas wappert met het briefje van vijf euro, waarna de bestuurder met steeds kwader wordende blik, en met naar voor hellend lichaam, zijn wijsvinger uitstrekt in de richting van de aankondiging. De man lijkt verbaasd te zijn telkens als hij, na te hebben weggekeken, Nikolaas opnieuw voor zijn deur aantreft. Maar die begrijpt niet waarom dat handvol woorden hem de toegang zou kunnen ontzeggen. Hij geeft het op als de bel gaat, en snel, net voor de tram vertrekt, stapt hij langs de tweede deur naar binnen. Daar, in de hal van de tram, staat ze op hem te wachten, alweer uitbundig lachend, licht voorovergebogen zelfs, haar vingers rond een paal geklemd. Wat betekent het iemand alleen maar aan het lachen te kunnen brengen?

       Nikolaas grijnst ook, gedempt schaamrood stijgt naar zijn wangen, met de rijrichting mee stapt hij naar voor. Daar wordt hem duidelijk wat er aan de hand is: de bestuurder heeft sinds kort een eigen hok, dat van de rest van de tram is afgescheiden. Hierdoor is de eerste deur onbruikbaar geworden voor het publiek, want mocht er iemand vooraan instappen, dan komt die in de kamer van de bestuurder terecht. ???Je kan toch lezen, hoop ik???, snauwt de man hem toe, als hij Nikolaas herkent. Hij koopt een kaartje en strompelt met gebogen hoofd terug in haar richting, overgeleverd aan het voortschrijdende wiegen van de tram. ???Ik heb nog nooit zo???n vertimmerde tram gezien,??? zegt Nikolaas tegen het meisje, ???denk je dat alle toestellen voortaan geen hoofdingang meer hebben????

       Ze haalt vragend haar schouders en wenkbrauwen op, en met een lippenstift met aardbeiensmaak die ze tussen de rest van haar boodschappen tevoorschijn heeft gehaald, schildert ze zorgvuldig de beide helften van haar mond rood. Het meisje en Nikolaas staan wat onvast op hun benen: onwillekeurig zetten ze onhandige danspasjes op de bewegende vloer. Hij kijkt hoe de landloper naar de wegrijdende tram kijkt, en afwezig tegen het verwrongen karkas van een paraplu schopt, dat verloren in de goot ligt. Nikolaas vraagt zich plots af of het verhaal over de voorgeschiedenis van Leskof zelfs nog maar een minuscule kern van waarheid heeft. Is zijn interpretatie van de armoede van die man, niets meer dan een grandioze maar ego??stische vergissing?

       Ach ??? ik hoop dat we ongelijk hebben, dat het vervolg de aandacht van Nikolaas niet meer bereikt, en terug moet keren naar de vergetelheid.