Op deze pagina's is het archief van DW B terug te vinden. Voor de actuele website ga naar: http://www.dwb.be

Maison fragile

Verschenen in: Ondood
Auteur: Bart Meuleman

lamp


(de lamp flikkert.
de lamp wordt vastgedraaid.

het bad begint te lopen.)

ik moet even
mijn vader gaan wassen.




bad

kom maar
papa.

waar wil je het?

een beetje zeep
op die zware donkere rug.
zo.
hier is jaren
op geoefend.
dat dat weer gaat blinken h??.
voel je dat?
waar is je riek
papa?
en de aarde aan je knie??n klevend
van het
bij de peentjes zitten
wachtend
op de groei.
de modder
in je haren.
de spieren in je armen rollend
bij het
rukken van de kip haar kop.
vandaag zijn we groot.
als reuzen
onder een waterval.
en dan doen we zo
een eitje in dat water
en dan koken we het
exact drie minuutjes.

papa papa.
je bent nog helemaal niet klaar
papa.
je bent nog helemaal nat.
blijf nou staan.
ga maar.
ga maar dan.
met die pens van je
en die reet
dat uitgezakte
ouwelullenlijf.
verhang
jezelf
voor het raam.
dat iedereen het ziet
iedereen mag het horen.
klootzak!
GA MAAR!



pap

klootzak.


ruik eens

hoe lekker.

dat is de pap

die op het vuur staat.

goed roeren is de boodschap.

niemand houdt van

zwarte pap.

 

en kijk eens hoe prachtig.

het stoeltje

met de pootjes

onder het tafeltje.

als een spin.

het tafeltje

op het matje

onder het lampje.

als een stolp.

en op het tafeltje

de doos met naalden.

voor als het even misgaat.

 

een rechte lijn

is een heel mooi ding.

je wordt wel grijs maar

je groeit nooit krom

als je vasthoudt aan

de rechte lijn.

goed voor de

gezondheid!

zo word je

langzaam honderd.

 

en van pap eten natuurlijk!

boekweitpap.

gortenpap.

griesmeelpap.

pap is altijd goed.

voor je hart.

voor je hoofd.

voor de kalk in je botten.

we moeten nog groeien.

 

griesmeelpap.

neem een liter melk.

liefst verse melk

direct van de koe.

kook de melk

voldoende zodat

alle microben dood zijn

gekookt.

let op

dat de zaak

niet overkookt.

hou nu 100 gram

gewone suiker klaar

1 pakje vanillesuiker

en 150 gram griesmeel.

let wel:

alleen het beste griesmeel

is goed genoeg.

vraag desnoods raad in de winkel.

meng nu de melk

met de suiker en het griesmeel

en breng het mengsel

aan de kook.

laat het geheel

zo???n vijf ?? zes minuten doorkoken.

goed roeren in de pap.

beetje stront erbij.

beetje roeren nog.

nog een beetje stront.

wat janken.

weer roeren.

dien eventueel op met gestoofd fruit.

appelen of peren.

lekker!

 

wat zouden we zijn zonder hard werk.

slap zouden we zijn.

veel te veel tijd

om te denken

aan de verkeerde dingen.

het zou vanzelf

gaan jeuken

op plaatsen waar je

zo moeilijk bij kunt.

 

en dan zetten we die dampende kutpap

op de tafel.

we gaan zitten wachten op het stoeltje.

en we wachten.

we wachten.

tot we moe zijn van het wachten.

en de pap wacht ook.

ze heeft heel veel geduld.

tot ze dik en koud is.

en wij ook.

 

goed is een woord dat op een hoge berg ligt.

tussen de schapendrollen.

maar we zijn op weg.

niets kan ons van streek brengen.

 

en wie niet thuis is

krijgt geen eten.

nee!

dat zal jullie allemaal

leren!

 

ik ben zo veel tegelijk soms.
Zo veel da???k het niet kan dragen.



schoonheid

kan jij ook
niks aan doen h??.
nee.
dat alles vies wordt.
nee.
de schoonheid.
de bladeren.
de blikken.
het bestek.
ik was hier alleen maar.
ik ook.
nee schatje.
het is een optelsom.
doe maar niet
beauty.



er was eens


er was eens een dag toen de elektriciteit uitviel en iedereen was bang en gelukkig zoals vroeger.

er was eens een hoge flat maar niemand wou erin
wonen en toen is hij van verdriet maar in elkaar gezakt.

er was eens een tafel iemand zaagde zijn poten eraf en toen was het een dienblad.

er was eens een schaamhaartje dat helemaal alleen in de wasbak viel.

er was eens een trein hij wou maar naar een dorp.

er was eens een berg hooi die in de fik werd gestoken.

er was eens een vrouw ze leek heel erg op een jongen en daarom noemde iedereen haar mijnheer.

er was eens een gedachte die niemand durfde denken.
toch bestond ze.

er was eens een hark die had helemaal geen een tand meer maar dat was niet erg want je kon er nog heel goed iemand heel hard mee op zijn hoofd slaan.

er was eens een stront die heel lief was
en het liefst de hele dag iedereen wou omhelzen.
superonhandig want het was een stront.

er was eens een tong die hield heel veel van suiker en slagroom. nu houdt ze van pekel en jonge jenever.

er was eens een blauwe lucht.

er was eens een emmer waar ooit iets verschrikkelijks in was gebeurd.

er was eens een drol hij vond het niet leuk in de wc toen is hij terug gekropen.

er waren eens twee benen ze vormden samen de o van o ja kom maar binnen.

er was eens een regen die verliefd was op de zon toen ze trouwden werd hij droog.

er was eens een koekje.

er was eens een boer en die was bijna blind ???s nachts ging hij de bieten rooien.

er was eens een mens hij dacht niet toen was hij dier.

er was eens een mens hij praatte heel veel toen hebben ze hem alleen gelaten.

er was eens een druppel die viel op de grond.
sindsdien is hij verdwenen.

er was eens een piemel hij had twee vriendjes ze heetten bal.

er was eens een mens hij was heel eerlijk toen schopten we hem.

er was eens helemaal niks en alles moest nog beginnen maar niemand had zin dus het bleef niks.



mooi en groot

ze was heel mooi
en groot
precies zoals ik
zou worden
later
dacht ik.
ze keek naar mij
met dat gezicht
van haar.
en hij
hij keek naar
de strakke vlecht
die
op haar rug hing
als een dolk.
lekker slapen
zei ze.
maar ik hoorde het wel
hoe ze samen
de deur uit gingen.



kattebelletjes

dag dingetje.
zorg jij voor de bloemen?

ben even naar de winkel.
je weet wel.

verzorg jezelf.

was hier even.
kom vanavond weer terug.
kan laat zijn.
d????g.

doe jij de lakens?
en de bontwas?
en het aanrecht?
er komen straks mensen.
eeuwige dank.

onweer.
sluit de ramen!

koppijn de hele dag al.
ik draag je op handen.
prinsesje.

je lijkt op d???r.

wie heeft er van het verse brood gegeten?
dat was niet de afspraak!
tot straks dan maar.

je weet het.
als je stout bent
wil ik je even niet zien.

overal troep.
gestruikeld over je schoenen.

overal pijn.
jouw schuld.
rotkreng.

ga nog eens dood aan jou.
kus op je voorhoofd.

dat ik jou nog heb.
een wonder.
neem gerust nog wat
chocoladetaart.

ga niet te laat naar bed.
je moet nog groeien.

vergeef me.
was gisteren te streng.
nog boos?

ga je gang meisje.
het leven is te kort.
de wonden likken we later.

je luistert niet.
maar goed.
je bent oud genoeg denk je.
neem het geld en doe maar.
kus.

neem je spullen en verdwijn.
ik wil rust.
je papa.



kalfje/snoepje/boksmatch

dat hij me meenam naar een boksmatch
en dat ie daarna spijt had
en ik weer alles moest vergeten.

dat ik me verstopt had
in de schuur
en ik zijn stappen hoorde
en wegkroop
bang voor slaag
maar dat hij me zocht
voor een snoepje.

en dat er een kalf geboren werd
en dat ik heel dichtbij mocht
en dat hij toen zei
dat het kalfje
zo op mij leek.
 

 

 

laat

 

het was heel laat

hun adem was heet

toen ze weer thuiskwamen.

ze zeiden

stil

zeiden ze.

ze slaapt

zeiden ze.

ze droomt.

ze moet

zeiden ze

nog zo veel

groeien.

en toen

begonnen ze

stiekem

met z???n twee??n

te lachen.

alsof ik het

niet wist zeker.

 

inderdaad.

ik moest nog groeien.

ik groeide ook.

ik groeide als een bosbrand.

 

luister.

het is niet omdat je niet ziet

dat ik hier ben.

het is niet omdat je niet weet

wat ik wil.

het is niet omdat je niet hoort

hoe ik stotter.

het is niet omdat je niet

aan me denkt.

dat je mij uit je bloed krijgt.

je krijgt

me

niet

uit

je

bloed.

 

 

 

bos

maar als het donker wordt
ga ik naar het
bos.
het is er
zo prachtig
stil
ik kan er
zo mooi
het water ingaan
tot ik bijna
verdrink.
en dan
komt hij me redden.
hij is een held
en dat weet ie ook.



gang

dag lieve schat.
is je papa thuis?
nee
o en wanneer komt hij thuis denk je?
weet je niet wanneer hij thuiskomt?
nee
h?? wat jammer.
wil je dan aan je papa zeggen dat annie is langs geweest?
je moet zeggen dat annie is langs geweest.
zul je dat niet vergeten?
nee
goed.
dag schat.
niet vergeten h??
.

papa...
papa...
papa...
de bel is niet gegaan hoor.
er was helemaal niemand aan de deur.



kiezeltjes

ik weet het wel.
een huis is een kleine hel.
maar met een beetje gevoel
een beetje goede en dure smaak
hoef je daar niks van te merken.
kan het geluk beginnen.
maar ik weet hoe het moet nu.
alles is goed.
de voeding in blik
alfabetisch op de schappen rangschikken
de keuken dweilen
en nog even
klaarkomen met de ijskrabber.
ja ik weet hoe het moet nu.
wat gebeurd is
zit goed verborgen in de
aangestampte aarde.
een pad met de fijnste kiezeltjes
erover
naar het bankje
en terug.
ja naar het bankje.
en terug!
maar ik weet hoe het moet nu.
???k heb de gang goed dicht gewit
met een borstel van
zuiver varkenshaar.
natuurlijk is altijd beter.
hier valt niks meer aan toe te voegen.
alles is schoongebrand
tot op de wortel.
het goede met het kwaad
uitroeien.
dat is ook
wat de dokter zei.
dus ik weet hoe het moet.
de kinderkamer ontsmet
je weet nooit wat je nog
te wachten staat.
maar verrassingen mogen.
verrassingen zijn goed.
wij staan voor heel veel open.
mijn leven heeft heus
geen eendenbek nodig.
dus gaan we naar het bankje
en terug.
ja naar het bankje.
en terug!
die fijne kiezeltjes
onder mijn voeten
want ik heb heus wel gevoeligheden.
ik ben een mens
als vele anderen.
kijk.
pas nog een nieuwe
muts gekocht.
pas nog buiten geweest
met mijn gezicht.
een goede broek aangetrokken
niet te veel laten zien.
nee dat ook niet.
en met broek en gezicht
door de straten gegaan.
met broek en gezicht!
niet te veel laten zien
dus met muts en broek en gezicht
door de straten gegaan.
heerlijk
maar op tijd weer thuis.
naar het bankje en terug.
ja naar het bankje
en terug.
over de kiezeltjes.
met alle gevoeligheden.
maar een klein beetje boete is goed.
een klein beetje bloed aan de voeten
is goed.
dat is ook
wat de dokter nog zei.
een klein beetje pijn in de lenden
is super-de-luxe.
dan weet je meteen waar het zit.
nee ik loop niet meer krom.
ik loop rechter dan de rechtste lul.
ze mogen er allemaal naast komen staan.
ik doe ze allemaal de das om.
en dan trek ik zo die gordijnen dicht.
of weer open natuurlijk.
we hebben niks te verbergen.
het is hier altijd opendeurdag.
openscheurdag.
de kamers in orde.
de gang dicht gewit.
de voeding in blik alfabetisch op de.
en over het pad naar het bankje.
en terug.
ja naar het bankje schappen
op de knietjes
en terug
kijk eens
hoe ze het doet!
maar wat doet ze het goed!
en wat een prachtige muts!
die kan vast helemaal in je mond
prop ???m maar vlug naar binnen
uw tijd gaat nu in.
????n twee drie
en naar binnen.
ja prop ???m er maar helemaal in
nee nee
geen hulpmiddelen.
alleen de natuurlijke methode.
dus slikkeueueuhhhh
nee niet stikken
slikken
ja slikken.
en nu weer
uitkotsen
kots hem er maar uit
komaan.
ja.
ok??.
en weer slikken.
slik hem maar naar binnen
ja.
goed zo.
en weer kotsen.
jaaaahhh.
prima.
en weer slikken.
hoezo hij gaat er niet meer in?
hoe hoe hoezo je weet niet meer hoe dat moet?
stel je niet aan.
voor papa doe je alles.
het is koud voor papa zonder muts in je maag.
die muts moet in de maag.
dan komt papa aan jouw bedje.
dus slikken zeg ik.
nee niet stikken kreng.
slikken.
niet stikken.
slikken.
slikkeuh.
slikkeuh.
slikkeeueueueueueueueueueueueueueuhhhhhhhhhhhhh.



broekkousen

(ze naait haar broekkousen dicht.)



foto???s

ik ben het hier niet mee eens.
alles is anders
dan
in mijn hoofd.
de plaatjes zijn
verschillend.
je hebt ze omgedraaid
en gerangschikt
anders
dan voorheen.
dat ik het niet zou merken
zeker.
dat ik
dom niksje
niet zal zien
dat
alles anders is.
ik groei
op de foto???s
ben ik kleiner.
nu zou ik niet meer
op de foto???s staan
alleen mijn benen.

er
valt
een streep
licht
tussen de gordijnen door.
je hebt ze
slordig
gesloten.

begrepen moest er worden
hoe de wereld
in elkaar zat
en uit
elkaar gehaald moest
worden.

er ligt een foto in mijn hoofd.
je duwt een kinderbuggy.
je zegt iets tegen me.
dat je nog nooit
zo veel
gehouden hebt
van iemand
als nu
van mij.
zonde.

je bent
hier niet.
je bent
zo lang
geleden
weggegaan
en niet meer
teruggekomen.

ik wil weten
wat er
in je hoofd ligt.
achter je vel.
achter je
tanden.
achter
mij.
dat je me aankijkt
als je dingen zegt.
dan kijk ik
terug
en zeg ik
ja
op alles.
of zal ik
knikken.
zal ik je
aanraken
als grote mensen.
ik heb een keel
zo groot
dat jij
erin past.

onze ogen
leken
ooit
zo
heel erg
op elkaar.
nu ben ik mooi.
als een sprookje.
een wit gezicht
met rood
erachter.

ik ben een ovaal
van glans.

kijk dan.
ik wil je
iets zeggen.



beschuitje

wat zeg je papa?
ui?
ui?
ui?
beschuitje?
nee.
dat is vies.
dat is een drol.
ja
vies is leuk ja.
en vroeger is leuk.
later ook.
daartussen
regent het vaak
en moeten we
binnen spelen.
kan niemand iets
aan doen
natuurlijk.
zo staat het
in de wet.

kijk.
dat bruine
met die witte vlekken
dat is een pony.
een p-p-p-pony.
een pony.
ik denk
dat hij wil
dat je ???m even
aanraakt.
hallo pony.
en dat blauwe daar
dat is
de lucht.
we nemen
zo een ladder
en klimmen ernaartoe.
ja?
en dan springen we.
en dan vallen we.
en we lachen.
als je lacht
rimpelt je huid zo mooi.

blijf nog even zitten.
het is zo
weer tijd
voor een snoepje.
daar worden we
beter van
en sterker.
dan kunnen we zo
het pad af.
dieper en dieper verzeilen
in de ontzaglijke korenvelden
waar het wemelt van leven dat zich vrolijk verborgen houdt.

en kijk.
de donkere ruis
die ginds in de lucht hangt en steeds dichterbij komt en die ons nu zo vriendelijk nadert
als de adem van iemand die we altijd al heel graag in de buurt hadden
nee niet bang zijn
hou maar vast
die donkere ruis
die ons nu helemaal omgeeft met al zijn goede zorgen
??? ja warm h?? ???
dat is de nacht.
we staan er middenin.
hij is groot en hij houdt van ons.
kom.